Het Atelier Westenschouwen
WITSEN ELIAS, J.S. - Koorbanken en koorhekken en kansels Beeldhouwkunst
Amsterdam Contact 1 1946 82-197p. Linnen & omslag De schoonheid van ons land 1 J.v.Krimpen 197 foto's van Hans SIBBELEE J.v.Krimpen J.v.Krimpen
'Het is me gelukt niet op te vallen'CULTUUR
George Marlet– 5 mei 2000
REVIEW
Voor zijn terugreis van de Spaanse Burgeroorlog eind 1937 kreeg Hans Sibbelee van -o ironie- een Duitser een goede raad: ,,Bloß nicht auffallen'', je kunt maar beter niet opvallen. ,,Dat werkte goed. Ik reisde netjes gekleed per trein in de eerste klas. De marechaussee keek me niet eens aan.''
Het advies van de Duitser kwam Sibbelee ook in de Tweede Wereldoorlog goed van pas. Als hij voor 'De ondergedoken camera' illegaal foto's maakte van uitgehongerde Amsterdammers, keek 'dokter Pierson' (Sibbelees schuilnaam bij de Binnenlandse strijdkrachten) eerst goed om zich heen of er geen Duitse soldaten in de buurt waren. ,,Het is me steeds gelukt om niet op te vallen.''
Ongewild is dat lange tijd ook van toepassing geweest op de foto's die Sibbelee (nu 84) tijdens de oorlog in Amsterdam en de Betuwe maakte. De fotodocumentaire die hij en Cas Oorthuys, Kryn Taconis, Carel Blazer en Emmie Andriesse moesten maken van de bevrijding van Nederland, is nooit in druk verschenen.
,,Nee, dat is een beetje mislukt. Iedereen was nogal fed up met de oorlogschaos en daardoor is het boek niet uitgegeven. Zelf had ik er ook geen behoefte aan. Ik had genoeg met deze narigheid te maken gehad. Anderen hebben het menselijk tekort al voldoende naar voren gebracht.'' Vijfenvijftig jaar later wordt dat verzuim wat Sibbelee betreft alsnog goed gemaakt. Vandaag krijgt hij in het gemeentehuis van Tiel het boek 'Oorlogssporen' uitgereikt, met 64 door hem gemaakte foto's. ,,Heel leuk, zeker nu de universiteit van Nijmegen het uitgeeft en niet een particuliere idioot. En het is wel mooi geworden, goed geclicheerd en gedrukt.''
'Oorlogssporen' is min of meer bij toeval ontstaan. Sibbelee heeft zijn archief van duizenden negatieven overgedragen aan het Centrum voor kunsthistorische documentatie van de Katholieke universiteit Nijmegen. Medewerkers herontdekten de unieke oorlogsfoto's.
Tot hun verrassing bevatte het archief ook een reportage van 45 onbekende opnames van het beruchte Dam-incident op 7 mei 1945. De vreugde om de bevrijding sloeg om in paniek, toen Duitse militairen vanaf een balkon schoten op de menigte, ten koste van 22 mensenlevens. ,,Ja, dat was wat je noemt een oorlogsreportage op de valreep; een zeer ongelukkig beroemd gebeuren. Bij toeval kwam ik die dag op de Dam terecht. Ik heb twee van de aanstichters gefotografeerd, een man met een witte vlag en een man met een rood-wit-blauwe vlag en ook nog een SS'er die recht op me af kwam lopen. Maar hij zag me niet eens staan.''
De fotograaf-in-ruste is niet gespeend van beroepsmatige ijdelheid, maar over zijn belevenissen in de Tweede Wereldoorlog spreekt hij relativerend. Hij was geen onverschrokken persfotograaf die overal op af ging. Een typerend voorval: honderden NSB'ers hollen tijdens Dolle Dinsdag, 5 september 1944, naar het Centraal station van Amsterdam om naar Duitsland te vluchten.
,,Moet je dat niet opnemen, vroeg mijn vrouw. Nee, zei ik, daar is niets aan te zien, ze lopen niet in hun uniform. Een foto moet voor zichzelf spreken, zijn eigen verhaal vertellen. Zo heb ik wel de eerste voedseldroppings gefotografeerd, pal boven ons huis aan de Kromme Waal. Ik heb de gebeurtenissen van de straat vastgelegd, maar dat heeft niets te maken met idealisme of verzet, helemaal niet.'' Van september 1944 tot mei 1945 heeft Sibbelee weinig foto's gemaakt. ,,Want als je in Amsterdam met een camera op straat liep, deden ze echt heel vervelend. Maar ik had mijn kleinbeeldcamera wel altijd onder m'n jas. Als ik mensen tegen het lijf liep, maakte ik wel opnamen.''
Het was eigenlijk een misrekening dat Sibbelee en zijn vrouw in Amsterdam gingen wonen. De hoofdstad leek vanwege de terugtocht van het Duitse leger in september 1944 veiliger dan Tiel, waar hij bij zijn ouders woonde. ,,Mijn vader heeft nog wel kans gezien om ons een zak aardappelen en steenkolen te sturen. Daar zijn we de hongerwinter mee doorgekomen.''
Ondanks zijn communistische overtuiging, die hem in 1937 naar Spanje voerde, lag Sibbelees hart al vroeg bij het vastleggen van de kunstgeschiedenis. ,,En oorlog is politieke geschiedenis. Je vindt me eerder in een kerk of kathedraal dan op straat of op de kermis.''
In opdracht van uitgeverij Contact reisde hij tijdens de oorlog door Nederland voor de reeks met de -achteraf nogal navrant klinkende- titel 'De schoonheid van ons land'. In die hoedanigheid beleefde hij zijn enige confrontatie met de Duitse bezetter, in Bedum. ,,Ik moest daar in een hotel overnachten. Midden in de nacht kwamen de Germanen. De waardin wilde eerst niet open doen, maar ik zei: 'Doe dat nu maar wel, dan heb je de eerste blokkade genomen.' En zo ging het ook. Ik kon een introductiebrief laten zien van een Duits kunsthistorisch instituut, daar waren ze van onder de indruk. 'Bloß nicht auffallen', je moest ze niet irriteren.''
De 'schoonheid van ons land' was er volgens Sibbelee ook in de oorlog, maar dan ,,vooral binnen en in de kerken.'' Die zouden na de oorlog zijn belangrijkste werkterrein worden.
Met bijna tweehonderd foto's in 'Koorbanken, koorhekken en kansels' gaf Sibbelee in 1946 zijn visitekaartje af. Hij werkte nauw samen met prof. Frits van der Meer, hoogleraar kunstgeschiedenis der Middeleeuwen aan de Katholieke universiteit Nijmegen. Trots laat Sibbelee het boek 'Images du Christ' zien, met schitterende foto's van beeldhouwkunst in Franse kerken en kathedralen. ,,Uitgegeven door het Fonds Mercator in Frankrijk, België en Duitsland, maar helaas niet in Nederland.''
Dat is misschien ook een beetje Sibbelees tragiek: een zeer vakkundig fotograaf die door zijn achtergrond niet altijd erkenning kreeg en als communist zelfs werd verguisd.
Hij doet er nu wat laconiek over, maar weet nog wel precies te vertellen dat het Eindhovens Dagblad hem in 1962 als een 'doortrapt figuur' afschilderde en vroeg hoe Elsevier erbij kwam juist deze communist voor een fotoboek naar China te sturen. Dat boek is er niet gekomen.
In de jaren zeventig bekende Sibbelee zich tot het katholicisme, wat hem op misprijzende reacties van vrienden kwam te staan. ,,Maar die zeiden kort na de oorlog al: 'Bah, dat is katholiek', toen ze mijn film zagen over Nederlandse beeldhouwkunst in de late middeleeuwen. Dan denk ik maar: angst is de grootste narigheid. Daar komt alle domheid uit voort.''
See also
SCHOONHEID VAN ONS LAND. - Het Vlaamse landschap.
Land en volk. Deel 9 van de serie. A'dam, Contact, 1951. Linnen. Folio. Tekst en gedichten van Bert Decorte, K. Jonckheere, Herman Teirlinck, Rebé de Clercq, Jan van Nijlen , e.a. Foto's van Cas Oorthuys. 79 tekstpag.
BAKELMANS L. - De Schoonheid van ons Land, Deel 6-De Vlaamse steden.
Amsterdam, Contact. 1948. Cloth, 4to. Ill.: Emmy Andriesse en Cas Oorthuys (136 platen).