Quantcast
Channel: Bouilla Baise Work in progress
Viewing all articles
Browse latest Browse all 1008

FACETTEN AHREND NO. 14 1962-1963 Graphic Design Ben Bos Jan Versnel Company Photography

$
0
0

"FACETTEN" VAN AHREND NO. 14., JAARWISSELING 1962- 1963.
ONTWERP EN TEKST: COR WALSTRA GKF EN BEN BOS ( STUDIO AHREND)
FOTOGRAFIE: ARJÉ PLAS, JAN VERSNEL GKF, COK DE GRAAFF GKF, PETER MARCUSE, EVA ECKHARDT, OLOF VELTMAN EN ANDEREN.

Ahrend

Ahrend, firma handelend in kantoorbenodigdheden en kantoormeubilair. Het familiebedrijf de Weduwe J. Ahrend en zoon werd opgericht door Jacobus Ahrend in 1896 en verkocht tekentafels, kantoorbenodigdheden en instrumenten per postorder, zodat de catalogi van oudsher veel aandacht kregen. Tevens was het bedrijf marktleider op het gebied van de reprografie; hij leverde lichtdrukken aan architecten. Ahrend begon ook een boekhandel, een drukkerij (Ahrend-Globe) en een uitgeverij (Kosmos). Ahrend-Globe specialiseerde zich in kaartsystemen.

Ahrend ging in de jaren dertig kantoormeubelen verkopen zoals de Doe Meerstoel uit het buitenland en meubels, rekken en kasten van de bedrijven Oda en De Cirkel. In die laatste twee fabrieken had Ahrend financiële belangen en de samenwerking resulteerde in 1967 in een fusie tot de Ahrend Groep NV. Toen was de meubelproductie de kernactiviteit van het bedrijf geworden met een structurele aandacht voor vormgeving. Friso Kramer ontwierp onder andere de bekend geworden Revoltstoel, een tekentafel, de systemen Facet en Mehes en schoolmeubilair. Wim Rietveld was ook enige tijd verbonden aan De Cirkel als ontwerper. In 1971 werd Kramer art director en ontstond er een designteam met Henk Verkerke, Wijtse Rodenburg en Bas Pruyser.

Op grafisch gebied werkte André Vlaanderen in de jaren twintig voor Ahrend en ontstond er na de Tweede Wereldoorlog een studio waar A. Bogers, Cor Walstra en Ben Bos werkzaam waren alsmede freelancers als Gerard Wernars, Charles Jongejans en andere GKf-leden.

See also

Views & Reviews Randstad Ahrend Bijenkorf Ben Bos Company Graphic Design

Ahrend Holland: Bird's-eye View of a Concern Graphic Design Jan Versnel Company Photography

 



Onopgetut meteen speelse toets
Ben Bos was een van de cruciale krachten achter ontwerpbureauTotal Design. Hij ontwierp de logo's van Randstad, de Gruyter en Ahrend....

21 december 2000, 0:00
ONDER de hanebalken van De Beyerd in Breda wiebelen tientallen papieren vlaggetjes, in beweging gebracht door een luchtstroom die wordt veroorzaakt door een vinnig ventilatortje. Op elk vlaggetje staat een logo afgedrukt. Logo's van bedrijven en instellingen: van de Generale Bank, van de uitgevers Elsevier en Misset, van kantoorinrichtingsfirma Ahrend, van de gemeentes Capelle aan de IJssel en Dronten, van grootgrutter de Gruyter en van megabanketbakker Jantje de Goede, van Randstad Uitzendbureau met de zo kenmerkende gestileerde dubbele 'r' die zich ruggelings tegen elkaar vleien. Veel van de getoonde logo's kennen we; ze staan op gevels, in advertenties in kranten en tijdschriften, op verpakkingen of komen voorbij in tv-reclames.

De bedenker is bij het grote publiek minder bekend dan zijn leermeester en jarenlange collega Wim Crouwel, maar geldt binnen de ontwerperswereld als een autoriteit op zijn vakgebied. Met de tentoonstelling Design of a Lifetime. Ben Bos, vijftig jaar grafisch ontwerpen biedt De Beyerd een rijk geschakeerd beeld van het oeuvre van een ontwerper die niet alleen het gezicht van talrijke ondernemingen bepaalde. Hij heeft ook, veelal op de achtergrond, een cruciale rol vervuld in de onderneming die van zoveel betekenis is geweest voor het ontwerpklimaat in Nederland: het Amsterdamse ontwerpbureau Total Design.

Het begrip 'huisstijl' maakt midden jaren zestig opgang; de wederopbouw is in volle gang en de welvaart neemt toe. Bedrijven gaan op zoek naar een visuele vertaling van hun identiteit en ervaren dat een goede huisstijl meer omvat dan een fraai logo en aantrekkelijk briefpapier. Ben Bos (1930) heeft in een van zijn publicaties eens genoteerd dat niet alleen de beschildering van de bestelauto's nauw luistert maar dat het tijdig wassen van de wagens eveneens van belang is voor de effectiviteit van een huisstijl.

Veel bedrijven komen terecht bij Total Design, het ontwerpbureau dat zich als eerste in Nederland bezighoudt met het bedenken en implementeren van huisstijlen. Ben Bos is in 1963 man van het eerste uur; hij zal bijna dertig jaar aan het bureau verbonden blijven, voornamelijk als creatief directeur. Jarenlang houden hij en zijn team Total Design financieel draaiende; zijn opdrachtgevers beschikken, in tegenstelling tot de culturele sector die eveneens klant is bij Total Design, over aanzienlijk ruimere budgetten.

Doorgaans ontwerpt Bos ('ik ontwerp in hoog tempo') het basisconcept van een huisstijl waarna zijn medewerkers dit uitwerken. Ook de bewaking van de huisstijl en het contact met de opdrachtgever neemt Bos meestal voor zijn rekening. Bij met name Ahrend en Randstad resulteert dit in een relatie van tientallen jaren.

Bij Ahrend werkt Ben Bos achtereenvolgens als reclame-assistent, bedrijfsjournalist en art director tot Wim Crouwel hem in 1963 vraagt toe te treden tot Total Design. Bij Ahrend leert hij tekenen, fotograferen en schrijven. Het klimaat is gunstig; het bedrijf ademt een moderne geest, laat het publiciteitsdrukwerk ontwerpen in een eigen studio en produceert kantoormeubels die opvallen door hun vormgeving. Bos ziet de door hem bedachte advertentiecampagnes en het verkooporgaan Facetten regelmatig bekroond. Beroemd is het affiche dat hij in 1993 maakte ter gelegenheid van de remake van de Revolt-stoel die Friso Kramer reeds in 1952 ontwierp. Het draagt alle kenmerken van zijn ontwerpfilosofie: helder, transparant en esthetisch; het gehanteerde grid is duidelijk zichtbaar.

Randstad Uitzendbureau is een van de vroegste (en grootste) opdrachtgevers van Total Design, en zal dat blijven tot Ben Bos het bureau verlaat. De broers Paul en Dick Schwarz zijn niet alleen de financiers en medeoprichters van Total Design, zij verschaffen ook de jonge Frits Goldschmeding (vandaag een van de rijkste Nederlanders) de middelen om Randstad op te zetten. Bos bepaalde het gezicht van Randstad: visititekaartjes, briefpapier, draagtassen, formulieren, inrichtingen; de expositie bewijst dat alleen een met ijzeren hand doorgevoerde lijn tot het gewenste resultaat leidt. Verloedering van een huisstijl was ondenkbaar zolang Ben Bos aan het roer stond.

In 1987 wordt Bos betrokken bij de ingrijpende restyling van de Randstad-huisstijl waarbij lettertypen en kleurengamma wijzigen, en begin jaren negentig - hij is dan al weg bij Total Design - vraagt Goldschmeding opnieuw zijn advies over de inpassing van de zojuist verworven Amerikaanse uitzendbureaus TempForce en Jane Jones.

In de bij de expositie verschenen biografie, samengesteld door Paul Hefting en Dirk van Ginkel, zegt Bos daarover: 'Het was heel ernstig wat ik zag in die Amerikaanse vestigingen. Ze stonden vol met meubeltjes die je bij ons op koninginnedag kunt kopen, de bureaus waren van een soort quasi-mahonie, en er was bloemetjesbehang. Ook werkten ze met loketten, waardoor je het gevoel had op een politiebureau te zijn. Vreselijk. Maar er was veel eer aan te behalen. Bijzonder aan TempForce was in ieder geval dat het vestigingen had op de begane grond in winkelstraten, net als Randstad in Europa, terwijl de concurrenten in kantoorpanden op de veertiende verdieping huisden.'

De grafische uitingen van de Amerikaanse vestigingen waren dermate abominabel dat Bos meteen een Wall of Shame instelde waarop hij hem onwelgevallig plak- en knipwerk van eigengereide Amerikanen aan de kaak stelde. 'Ik moest in het begin vooral veel grafisch werk verzetten. Een waanzinnig uitgebreid pakket formulieren hebben we onder handen moeten nemen, ook inhoudelijk. Vorm voor vorm en letter voor letter hebben we alles onder de loep genomen en gereorganiseerd of gesaneerd. Het heeft een paar jaar geduurd voordat dat proces zover gevorderd was dat Amerikaanse Randstadmensen op een Europese Randstadmanier konden werken met materiaal van Europese kwaliteit.'

Inmiddels wordt in Amerika de nieuwe huisstijl door de concurrentie brutaalweg gekopieerd en verschaft Randstad dagelijks werk aan zo'n 75 duizend Amerikanen. Toen Ben Bos in 1967 de huisstijl ontwierp had Randstad zeven vestigingen, nu zijn het er wereldwijd meer dan duizend. Een zo langdurige relatie tussen een bedrijf en een ontwerper komt maar sporadisch voor. Dat een groot concern zo lang vrijwel dezelfde huisstijl hanteert, is eveneens een zeldzaam verschijnsel in een tijd waarin de economische waan van de dag steeds sneller leidt tot het veranderen van het bedrijfsimago en het inwisselen van ontwerpers.

Zijn opdrachtgevers bij zowel Ahrend als Randstad waren gevoelig voor de heldere en functionele stijl die Bos inbracht. Een stijl die wars is van opsmuk en camouflage, een stijl die het niet moet hebben van een toevallige artistieke inval van de ontwerper, een stijl die de boodschap rechtstreeks, en vooral ook consequent, aan de kijker c.q. de klant overbrengt.

Toch wil Ben Bos niet te boek staan als een strenge functionalist. 'In mijn ogen heeft het functionalisme dan ook meer dimensies dan Crouwel eraan toedichtte. Het is breder dan alleen die heldere, directe en onopgetutte informatieoverdracht. Een beetje warmbloedigheid kan er best bij. Ordening is heel belangrijk en leesbaarheid een groot goed, maar toegevoegde emotionele waarde verhoogt de effectiviteit van de communicatie. En is in dat opzicht dus ook functioneel.'

Als typerend voorbeeld kan het werk gelden dat Bos tussen tussen 1963 en 1970 maakte voor de Bijenkorf. Het personeelsblad, verpakkingen, etiketten, wijngidsen, en draagtassen hebben een dikwijls speelse en/of illustratieve touch die de aantrekkelijkheid van het drukwerk verhoogt. Bos zoekt het in het kleurgebruik, in een tekening of in de wijze waarop hij de roltrapjes visualiseert op de indelingskaart van de Eindhovense Bijenkorf.

Toen in de ogen van Bos bij Total Design het gevoel werd ingewisseld voor kille computertrucs, vertrok hij met slaande deuren. In het nu verschenen boek worden tussen de regels door enige rekeningen vereffend tussen de belanghebbende ontwerpers van weleer. Naar de mening van Ben Bos zijn de grote ontwerpbureaus overigens niet langer spraakmakend. 'Voor het interessante werk moet je tegenwoordig bij de individuele ontwerper zijn. De grote bureaus zijn te veel bezig het grote geld vast te houden.'

Op de tentoonstelling staat, een beetje terzijde, een kast met laatjes die half open staan. Ze bevatten kleinoden, waaronder een prachtig kinderschrijfmachientje, dierbare foto's van de ontwerper en dingen van vroeger. In een van de laatjes ligt een opengeslagen agenda. Op de ochtend van vrijdag 13 februari 1976 meldt Ben Bos zich bij Hulp voor Onbehuisden in Amsterdam. Dat zou hij met regelmaat meer dan dertig jaar doen. Om het jaarverslag te ontwerpen, bedelfolders te schrijven en om, indien nodig, actie te voeren voor dakloze Amsterdammers.


Hoe je moet speuren naar vintage design van morgen
De tijd dat je in een kringloopwinkel voor een habbekrats design scoort, is voorbij. Maar met een vooruitziende blik vind je misschien wel de Eames van morgen.

Arjen Ribbens
3 april 2018

Peter Marcuse (1933-2017) fotografeerde voor meubelfabrikant Ahrend in de jaren 50 de Revolt-stoelen van ontwerper Friso Kramer op het oude Schiphol.
Foto Peter Marcuse 

Het vintage design is op. Die klacht hoor je weleens. Ja, de tijd is voorbij dat je in een kringloopwinkel of op Marktplaats voor een habbekrats een Kaj Franck-vaas kan scoren. Bij het grof vuil vind je ook niet snel meer een partij afgedankte kantoormeubelen van Charles en Ray Eames. En op Koningsdag de deur uitgaan in de hoop een Copier-vaas of een Tomado-rekje te jutten, is tamelijk kansloos.

Wie weleens een woonblad doorbladert, een blik werpt in een veilingcatalogus of rondneust op een beurs als Tefaf Maastricht, weet hoe gezocht (en dus prijzig) naoorlogs, modernistisch design is. Een oude, doorleefde Lounge Chair van Eames kost hetzelfde als een nieuwe. Sommige Deense no-nonsense meubelen uit de jaren vijftig zijn vintage zelfs aanzienlijk duurder dan nieuwe exemplaren. Zo kost een vroege Cowhorn-stoel van Hans Wegner het dubbele van eentje die net is gemaakt, en een zeventig jaar oude Chieftain Chair van Finn Juhl doet zelfs minstens anderhalve ton, het tienvoudige van een nieuwe. En dan zullen we maar zwijgen over de prijzen voor oude meubels van Gerrit Rietveld, Jean Prouvé of Charlotte Perriand.

Gespecialiseerde handelaren hebben zich ontfermd over het vintage design van de naoorlogse kanonnen. Zij doen zaken via 1stdibs.com (een digitale vlooienmarkt voor de überrijken), beurzen als Art Basel of de grote veilinghuizen. Hun klanten bestaan vooral uit interieurvormgevers die de tweede, derde en vierde huizen inrichten van de rich and famous.

Hoe die landhuizen, lofts en buitenhuizen zijn ingericht? Kijk naar de interieurboeken van Taschen. Het moderne interieur is een eclectische, internationale mix. Modern en vintage door elkaar, alles kan. Maar de ‘interior decorators’ van de hedgefondsmanagers van deze wereld vissen wel in een klein vijvertje. De schelpvormige lampen van Serge Mouille, de wandkasten van Charlotte Perriand, de stoelen van Hans Wegner, de lampen van Gino Sarfatti en de vazen van Lucie Rie, ze duiken steeds weer op.

Georkesteerde begeerte
Die gemeenschappelijk begeerte is vaak georkestreerd door handelaren met een vooruitziende blik. Eerst proberen ze de hand te leggen op zoveel mogelijk stukken van een relatief onbekende vormgever. En als het pakhuis vol is, komen er gespecialiseerde tentoonstellingen, vergezeld van fraaie catalogi. Zó creëer je een markt.

Een recent voorbeeld zijn de meubels van Pierre Jeanneret. Deze Zwitserse architect, een neef van Le Corbusier, ontwierp in de jaren vijftig meubels voor de overheidsgebouwen in de Indiase modelstad Chandigarh. Die teakhouten stoelen, tafels en kasten bleken duurzaam en gingen decennia mee. Maar toen de moderne tijd zich aandiende, werden Jeannerets meubels voor een paar roepie als brandhout van de hand gedaan of belandden ze op stortplaatsen onder viaducten.

De les is dus om met vooruitziende blik in te kopen

Een paar slimme Franse handelaren zagen tien jaar geleden foto’s van die meubelkerkhoven in Chandigarh en kochten de gedumpte meubels met containers tegelijk op. Een Indiase Jeanneret-stoel kost nu al snel 10.000 euro, een bibliotheektafel 75 mille.

De les is dus om met vooruitziende blik in te kopen. Wie niet het geld heeft voor oude (of nieuwe) Eames- of Wegner-meubels, maar wel graag op karaktervol, doorleefd design zit, moet voor de muziek uit lopen.

Wie zijn de Jeannerets van morgen, en waar kun je die vinden?

Een bekende Nederlandse vintage-handelaar heeft zijn zolder jaren terug al volgestouwd met uit scholen en kantoren afkomstige stoelen van Friso Kramer, de inmiddels 95-jarige ontwerper uit Amsterdam. De redenering van die handelaar: de meubels van Jean Prouvé zijn onbetaalbaar geworden, Kramer zal de volgende modernist zijn waar verzamelaars zich op richten. Sommige van Kramers stoelen worden al duurder, maar vroege Revolt-stoelen zijn op Marktplaats nog altijd voor zo’n 50 euro te vinden.

De Result-stoel, van Friso Kramer en Wim Rietveld (1958).
Foto Peter Marcuse

De jaren vijftig zijn afgegraasd. Zoek daarom naar kwaliteitsdesign van recenter datum. Dat is vaak nog voor schappelijke prijzen te koop. Neem het robuuste jaren zestig Ruska-serviesgoed van het Finse Arabia. Die bruin-zwarte borden en theepotten zijn tweedehands soms voor spotprijzen te vinden.

Marktplaats, eBay, zelfs op Koningsdag
Of zoek naar oude Braun-apparatuur ontworpen door Dieter Rams. Vroege Alessi-keukenspullen of kantoorspullen van Danese. De gietijzeren pannen voor Le Creuset van de Italiaanse designheld Enzo Mari. De veelkleurige Vilbert-stoelen die Verner Panton begin jaren negentig voor Ikea ontwierp. Of de Ikea-wandkleden van Hella Jongerius, die in 2009 door Indiase vrouwen met de hand werden geborduurd: Pelle, Mikkel en Gullspira.

Taschen heeft diverse handige low budget design-naslagwerken uitgegeven die als vertrekpunt kunnen dienen voor speurtochten naar bijzondere stoelen, lampen en ander kwaliteitserfgoed. Maak een lijst met gezochte voorwerpen en geliefde ontwerpers en fabrikanten en loop kringloopwinkels af. Ga naar markten met oude meubels en gebruiksvoorwerpen en speciale beurzen voor vintage design, zoals dit weekeinde Design Icons in Amsterdam-Noord.

Dankbare vindplaatsen zijn ook Marktplaats, eBay, Catawiki, lokale veilinghuizen, het in design gespecialiseerde Botterweg.com. Zelfs op Koningsdag zijn vondsten te doen. Makkelijk en snel gaat het echter zelden. Wie iets bijzonders wil vinden, moet kilometers maken.

Design Icons: 7-8 april in De Kromhouthal, Gedempt Hamerkanaal 231 in Amsterdam. design-icons.com
Correctie 5-4-2018: In een eerdere versie van dit stuk staat in het fotobijschrift dat de Revolt-stoel van Friso Kramer (1953) is afgebeeld. Dat klopt niet, het is de Result-stoel, van Friso Kramer en Wim Rietveld (1958).



















Viewing all articles
Browse latest Browse all 1008


<script src="https://jsc.adskeeper.com/r/s/rssing.com.1596347.js" async> </script>