Piet Mondriaan, nowadays a worldwide renowned and admired artist, spent his youth (1880 to 1892) in his parental home on Zonnebrink 4 in Winterswijk. His father had acquired a position as the Director of the School of Christian National Instruction and lived with his family in the villa directly next to the school building. Piet’s father and uncle Frits Mondriaan taught Piet basic knowledge on drawing and painting.
The former home of the Mondriaan family provided the basis for today’s museum and forms one wing of the museum’s building. The villa still exists thanks to Jan Nijhuis and his wife Elizabeth, who purchased the old villa on Zonnebrink 4 in 1984, just in time to prevent it from being demolished. The Nijhuis family renovated it and while they lived on the upper floors of the Villa, the ground floor was used for the purposes of an art gallery – just in accordance with the artistic tradition of the "Mondriaanhuis". In 1991 they bought the former school building next door and transferred the gallery to the new facilities. Since then, Elizabeth Nijhuis had the vision of establishing an arts museum.
Thanks to the commitment of several citizens of Winterswijk and to one supporter in particular, who bought the former Mondriaan-Residence from the Nijhuis-Familiy and who provided the building to the Mondriaan Foundation, the dream finally became reality. Under the supervision of Wim van Krimpen (former director of the Gemeentemuseum and the Kunsthal in Rotterdam), a new and modern extension building was built, which merges the old Villa and the former school building into one big museum. Villa Mondriaan was officially opened in May 2013.
The museum is financially supported by the community of Winterswijk as well as by the province of Gelderland.
The museum is financially supported by the community of Winterswijk as well as by the province of Gelderland.
Our Cooperation with the Gemeentemuseum The Hague

The Gemeentemuseum in The Hague, which owns one of the largest collections of Piet Mondriaan in the world, generously supports the Villa Mondriaan by means of numerous permanent loans. Many of the early works of Mondriaan have never been exhibited before. Now some of these drawings and paintings can be seen in Winterswijk. Each year the exhibitions of the Villa Mondriaan are changed and the exhibited paintings will be replaced by new loans. We also cooperate with the Gemeentemuseum on the development of an educational program for primary and secondary schools in the region. You can read more about this on our education page.
Honderden, zo niet duizenden kunstenaars van over de hele wereld worden tot op de dag van vandaag geïnspireerd door boerderijen in de Achterhoek. Het lijkt een onwaarschijnlijk verhaal, maar dat is het niet. Hoe Victory Boogie Woogie en al het andere werk van Piet Mondriaan hun oorsprong vindt in het godvergeten Winterswijk.
Wat je ook van zijn kunst vindt, Piet Mondriaan (1872-1944) geldt wereldwijd als een van de meest invloedrijke kunstenaars uit de vorige eeuw. Zijn abstracte kunst was revolutionair: nooit eerder had men dergelijk kubistisch werk gezien. In het deze week geopende Villa Mondriaan, een klein museum in het hartje van Winterswijk, wordt het verhaal van de eerste, naturalistische periode van Piet Mondriaan verteld. Een vormende periode, zo later blijkt.
Hoe het begonAls Piet acht jaar oud is verhuist hij met zijn familie vanuit Amersfoort naar Winterswijk, een klein dorpje in het meest oostelijke deel van Nederland. Zijn vader, door zijn zoon omschreven als een strenge en norse man, wordt daar aangesteld als hoofdonderwijzer van de christelijke basisschool. Het gezin neemt zijn intrek in een wit herenhuis pal naast de lagere school, dat eveneens een herenhuis is. Het zijn deze twee panden die sinds deze week zijn omgevormd tot eerdergenoemd museum.
Moeder Johanna zag al vroeg dat er een kunstenaar in haar zoon zat verscholen. “Zodra Piet een potlood vast kon houden begon hij al met tekenen.” En dat kon ook niet anders: het maken van kunst zat hem in het bloed. Want wat niet veel mensen weten is dat hij en de door hem zo bewonderde Vincent van Gogh achterneven van elkaar zijn. Tot Piet’s grote spijt is het door de vroege dood van Van Gogh echter nooit tot een ontmoeting gekomen. Toch is het niet achterneef Vincent die van grote invloed is geweest op de immense carrière van Piet Mondriaan. Vader Piet Mondriaan sr. en oom Frits Mondriaan kunnen we deze eer wel toedichten.
De eerste tekeningen
Piet senior was, hoewel onderwijzer, geen onverdienstelijk tekenaar. Senior maakte in zijn vrije tijd zogenaamde feestplaten waaraan junior vanaf zijn twaalfde mee mocht werken. Samen aan de keukentafel zaten ze uren te tekenen. Toen kleine Piet veertien jaar oud was bracht zijn vader hem in contact met diens broer Frits Mondriaan, een redelijk bekende amateurschilder uit Den Haag. Van hem leerde de jonge Mondriaan de techniek van het schilderen: het maken van een compositie, het juiste gebruik van licht én het werken met olieverf. De vroegere speelkamer in het herenhuis werd al snel omgedoopt tot atelier. Piet wist het zeker: hij wilde kunstenaar worden.
Piet senior was, hoewel onderwijzer, geen onverdienstelijk tekenaar. Senior maakte in zijn vrije tijd zogenaamde feestplaten waaraan junior vanaf zijn twaalfde mee mocht werken. Samen aan de keukentafel zaten ze uren te tekenen. Toen kleine Piet veertien jaar oud was bracht zijn vader hem in contact met diens broer Frits Mondriaan, een redelijk bekende amateurschilder uit Den Haag. Van hem leerde de jonge Mondriaan de techniek van het schilderen: het maken van een compositie, het juiste gebruik van licht én het werken met olieverf. De vroegere speelkamer in het herenhuis werd al snel omgedoopt tot atelier. Piet wist het zeker: hij wilde kunstenaar worden.
Winterswijkse periodeIn 1892 wordt Piet Mondriaan aangenomen op de Rijksakademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam en bekwaamt zich in de schilderkunst. In de jaren tot aan de eeuwwisseling volgt een onrustige periode. Hij reist veel, woont op veel verschillende plekken in veel verschillende landen en krijgt psychische problemen. In 1899 word hij ziek. Naar verluid omdat hij vanaf een rots in zee is gedoken, bijna is verdronken en door de grote hoeveelheid zeewater in zijn longen een longontsteking kreeg – de nauwelijks zwemvaardige kunstenaar overleeft de sprong ternauwernood.
Ernstig verzwakt keert hij terug naar zijn ouders in Winterswijk om van de longontsteking te herstellen. Maar vooral: om te tekenen. Vanuit de tuin van het herenhuis tekent hij, met een schetsboek op zijn schoot, de akkers rond zijn huis. De ploegende boeren. En de Jacobuskerk, een dankbaar onderwerp voor veel van zijn tekeningen uit deze periode. De schetsen werkt hij later in zijn oude speelkamer uit tot aquarellen en gouaches. De stempel van Mondriaan is op deze werken voor het eerst te zien: vlakkerige, rechtlijnige en bewegingsloze beelden. De invloed van de in die tijd populaire Duitse Jugendstil is duidelijk aanwezig.
Deze Winterswijkse periode, getekend en geschilderd rond 1900 en zo’n 65 werken omvattend, vormt de opmaat naar zijn uiteindelijk roem. Maar was het enkel de Jugendstil waardoor hij werd beïnvloed? Neen. Volgens Albert van den Briel, een van de beste vrienden van Piet Mondriaan, verklaarde de schilder zelf geïnspireerd te zijn door de architectuur in de grensstreek waar hij woonde. “De rechtvormige boerderijen”, zegt hij. Maar vooral: de vakwerkhuizen. Vlakken en lijnen – hij zou er later wereldberoemd mee worden.
Dus wie nu nog voor een schilderij van Piet Mondriaan staat en zegt: “Dat kan mij kind van vier ook”, en daarmee ontkent dat deze kunst geen vakwerk is… Juist, u begrijpt het.
In Villa Mondriaan, Zonnebrink 4 te Winterswijk, is een groot deel van het werk uit de Winterswijkse periode te bezichtigen.
Meer weten over de vormende jaren van Piet Mondriaan? Lees: Piet Mondriaan, zijn levensverhaal, geschreven door Jan Stap.